huisvesting TU Delft Process Technology Institute

In 2014 is in het kader van de Herijkingsagenda van de TU Delft de huisvesting voor het TU Delft Process Technology Institute gerealiseerd. In deze nieuwe organisatie zijn diverse leerstoelen binnen de afdelingen van zowel de faculteit 3mE als de faculteit TNW ondergebracht.  De huisvesting is gerealiseerd binnen de bestaande hal 3 van de faculteit 3mE, een grote industriële hal met sheddaken, en in de aangrenzende kantoorvleugel en een recente uitbreiding aan de Leeghwaterstraat. De totale herinrichting beslaat ca. 3600 m2; circa 2.800 m2 labruimtes, 400 m2 kantoor- en vergaderruimtes, 120 m2 studie- en onderwijsruimtes, en 280 m2 algemene voorzieningen.

In de nieuwe huisvesting profileert het TU Delft Process Technology Institute zich op het gebied van 3 toepassingsgebieden rondom procestechnologie en stromingsleer. Het onderzoek binnen deze gebieden heeft veelal een duurzame kant: het gaat bijvoorbeeld om energiezuinige productieprocessen, afvalverwerking, waterzuivering, en alternatieven voor schaarse grondstoffen. Onderwerpen die niet alleen belangrijk zijn voor de industrie, maar voor de hele samenleving. In de loop der jaren had de organisatie op verschillende plekken binnen de TU een scala aan proefopstellingen verzameld, waarvan eerst uitgezocht moest worden welke nog relevant, toekomstbestendig, veelbelovend, of vergeten en mislukt waren. Een bijzonder complexe puzzel, waarbij de nieuwe huisvesting ook nog eens ruimte moet bieden voor de experimenten van de toekomst. Met een heldere organisatie van ruimtes en installatietechniek, met oog voor brandveiligheid, en met veel geduld is de hele operatie tot een succes gebracht.  De nieuwe huisvesting bevordert de samenwerking tussen de betrokken afdelingen, en zorgt ervoor dat het onderzoek ook zichtbaar is voor de hele gemeenschap. De verschillende afdelingen maken gebruik van gedeelde onderzoeksfaciliteiten, een gemeenschappelijk macrolab, waar grote proefopstellingen kunnen worden gebouwd, om de haalbaarheid van industriële toepassingen te testen. Kantoor- en vergaderruimtes zijn geclusterd in de aangrenzende vleugels, die een directe relatie hebben met de onderzoeksruimte. Hier hebben de afdelingen hun eigen werkplekconcept gerealiseerd. Ook is er een aantal studentenwerkplekken gecreëerd binnen de labomgeving, het zogeheten ‘kraaiennest’.

De bouwkundige ingrepen zijn ruim binnen het gestelde budget gerealiseerd. De bijzondere ruimtelijkheid van de oorspronkelijke industriehal geeft het plan extra waarde. Bij verbouwingen binnen een bestaand complex blijkt de impact van het aanpassen van de installaties niet te onderschatten, zowel ruimtelijk als financieel. Dat geldt zeker voor een labomgeving als deze. Veel aandacht is daarom uitgegaan naar het integreren van de installaties in het bouwkundig ontwerp.

Het instituut heeft met de nieuwe huisvesting een herkenbare, transparante en bovenal doelmatige leer- en werkomgeving gekregen. Het gebouw draagt bij aan de aantrekkingskracht van het instituut op studenten. In het nieuwe instituut werken ca. 80 medewerkers en 35 studenten. Daarnaast zijn ca. 100 PhD studenten werkzaam binnen het instituut. 

Status gerealiseerd november 2014
Architecten Krijn Tabbers
Opdrachtgever(s) TU Delft, FMVG
Gerelateerd

De nieuwe basisschool aan de Jazzsingel in de Utrechtse wijk Terwijde is in augustus 2014 in gebruik genomen. Het gebouw is in opdracht van de Katholieke Scholenstichting Utrecht ontworpen en ligt centraal in een park, midden in de nieuwe woonwijk. In het gebouw wordt primair onderwijs geboden aan 12 groepen. Op de begane grond is tevens een BSO ondergebracht. De lokalen zijn georganiseerd rondom een ellipsvormig, centraal gelegen speellokaal; de ruimte voor beweging, muziek en dans. Op de verdieping zijn tussen de lokalen en het hart werkplekjes gecreëerd voor individueel leren. Het gebouw wordt tevens ingezet voor allerlei activiteiten in de buurt.

Door de verspringingen in de zijgevel heeft elk lokaal zicht op het park. Het gebouw heeft een stedelijk karakter richting de singel, maar is transparant en toegankelijk richting het park. Op het ovalen speelplein in het park kunnen de kinderen spelen.

Het gebouw voldoet aan de eisen van de richtlijn 'frisse scholen, klasse B'. 

De school 'VIA Kampen' is een samenwerking van het Almere College en het Ichthus College, waar ook de afdeling Praktijkonderwijs deel van uitmaakt. De school is gelegen op een terrein aan de rand van Kampen langs de N50 en biedt huisvesting aan circa 900 leerlingen.

Geluidscontouren hebben mede de vorm van het gebouw bepaald; het gebouw is open naar de weg (N50), opvallend naar de stad en bescheiden naar de naburige woonwijk. Hoge glazen puien geven inkijk in de vele activiteiten die de school rijk is. 

In het gebouw aan de Flevoweg zijn naast onderwijsfuncties, kantoren, spreekruimten en drie gymzalen (1.450 m2) ondergebracht. De gymzalen liggen in een uitkragend volume boven de hoofdentree, waar ook de sportvelden zijn gelegen.

Bij het ontwerpen van de school is contextrijk leren steeds het uitgangspunt geweest. Theorie en praktijk staan in een directe relatie met elkaar, ook visueel. Op de begane grond is een omgeving ontworpen waarin leerlingen elkaar bezig zien en elkaar kunnen inspireren met uiteenlopende praktijkonderdelen. Hier zijn de werkplaatsen van de diverse sectoren (Techniek, Economie, Science, Zorg en Welzijn en Groen) gelegen. Op de eerste verdieping zijn rondom de hal studielandschappen (klaslokalen) gesitueerd. In de voorbouw bevinden zich, naast de sportvoorzieningen, de kantoren en spreekkamers van het ondersteunende personeel. 

 

Met dit kleurrijk, functioneel en energiebesparend ontwerp is invulling gegeven aan de wensen en ambities van de gemeente Leiderdorp.

Het personeel parkeert op het dak via een hellingbaan die is opgenomen in de naastgelegen groen begroeide loods voor Gemeentewerken. Hierdoor ontstond meer ruimte op het maaiveld en kon een atriumgebouw in twee lagen worden ontworpen. Vanuit het levendige binnenplein zijn alle diensten bereikbaar. Zowel de bezoekers als de mensen die in het gemeentehuis werken staan via dit plein met elkaar in verbinding. 's Avonds worden het atrium, de raadzaal, het restaurant en het vergadercentrum ook voor andere activiteiten gebruikt.

Het gemeentehuis is naar het ontwerp van VVKH architecten geheel ingericht volgens het principe van het Nieuwe Werken. Tijdens de ontwerpfase is duurzaamheid integraal benaderd. Dit heeft geleid tot een GPR-score van 8,8 waardoor het gebouw tot de meest duurzame gemeentehuizen van Nederland behoort. Ondergrondse warmte- en koude opslag, betonkernactivering en het gebruik van Wingvloeren met een overspanning van 14,4 m vormen de basis voor het milieuvriendelijke ontwerp.

 

fotografie: Roos Aldershoff ©

Een voormalige showroom voor auto’s is geheel verbouwd en geschikt gemaakt voor de Regionale Ambulance Voorziening.  Aan de zijde van de Vondellaan heeft de RAV een eigen gezicht gekregen door hier een klein museum voor antieke ambulances in te richten, aangevuld met een informatie- en presentatieruimte op de verdieping. Achter het museum ligt de ambulance-remise, gescheiden van het museum door een transparante wand. In de remise is alles gericht op een zo snel mogelijke uitruk zonder verstoringen, met een geheel eigen, gesloten routing. Het bestaande pand is met 2 verdiepingen uitgebreid. Hier bevinden zich de kantoren en een hightech opleidingscentrum. Deze ruimtes richten zich, samen met de uitrukdienst op de begane grond, op het spoor. Ook de spoorzijde, waar dagelijks vele reizigers zicht hebben op het gebouw, is als voorkant behandeld. Om glasbewassing mogelijk te maken is de nieuwbouw rondom voorzien van balkons. Door deze telkens subtiel verdraaid aan te brengen spelen zij samen met de geïntegreerde aluminium buitenzonwering een rol in het beperken van de warmteontwikkeling door zoninstraling.

 

fotografie: Roos Aldershoff ©